De notulen van de openbare zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 30 juni 2022 worden ter goedkeuring voorgelegd.
De notulen zijn raadpleegbaar op hierna vermelde link: https://www.sint-pieters-leeuw.be/downloads/notulen-ocmw-raad-van-30-juni-2022.
De notulen liggen ook ter inzage op het secretariaat.
De audio opname is raadpleegbaar op hierna vermelde link: https://www.sint-pieters-leeuw.be/downloads/audio-opname-rmw-van-30-juni-2022.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder artikel 32 volgens artikel 74 DLB.
Het huishoudelijk reglement van de raad voor maatschappelijk welzijn van 19 mei 2022, in het bijzonder hoofdstuk 8, artikel 42 tot 44.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de notulen van de openbare vergadering van 30 juni 2022 goed.
De raad voor maatschappelijk welzijn van 28 februari 2019 duidde mevrouw Natacha Martel aan als één van de drie vertegenwoordigers op de algemene vergaderingen van het Sociaal verhuurkantoor Zuidkant vzw voor de duur van de legislatuur 2019-2024.
Mevrouw Natacha Martel nam ontslag als raadslid.
Naar aanleiding van dit ontslag moet de raad voor maatschappelijk welzijn een vertegenwoordiger aanduiden op de algemene vergaderingen van het Sociaal Verhuurkantoor Zuidkant vzw voor de resterende duur van de legislatuur 2019-2024.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, deel 3, titel 4, hoofdstuk 5 inzake de vereniging voor sociale dienstverlening of de vennootschap voor sociale dienstverlening, in het bijzonder artikel 508.
De statuten van het Sociaal Verhuurkantoor Zuidkant vzw en in het bijzonder artikel 12 inzake de samenstelling van de algemene vergadering.
Bij geheime stemming.
Volgend lid van de raad voor maatschappelijk welzijn, mevrouw Ann Verheyen, wordt aangeduid om het OCMW te vertegenwoordigen op de algemene vergaderingen van het Sociaal Verhuurkantoor Zuidkant vzw voor de resterende duur van de legislatuur 2019-2024.
Het vast bureau wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan het Sociaal Verhuurkantoor Zuidkant vzw, Molenborre 26/01 in 1500 Halle of via e-mail: info@svkzuidkant.be.
De minimale inhoud wordt vastgelegd in artikel 29 van het BVR BBC van 30 maart 2018 en in artikel 5 MB BBC 26 juni 2018:
Artikel 263 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Artikel 29 van het BVR BBC van 30 maart 2018.
Artikel 5 van het MB BBC van 26 juni 2018.
De raad voor maatschappelijk welzijn neemt kennis van de opvolgingsrapportering meerjarenplan 2020/2025, boekjaar 2022.
De juridische dienst van het lokaal bestuur Sint-Pieters-Leeuw heeft de afgelopen maanden een algemeen kader uitgewerkt houdende de verkoop van onroerende goederen van het OCMW met lokale binding. Denk daarbij zowel aan onbebouwde als aan bebouwde percelen bestemd voor wonen. Voor dit algemeen kader werd inspiratie gehaald uit een besluit/reglement, waarin gelijkaardige verkoopvoorwaarden en hetzelfde type van beoordelings- en toewijzingssysteem worden gehanteerd, dat in de gemeente Zaventem al ruim 20 jaar wordt toegepast.
De doelstelling van dit algemeen kader is om onroerende goederen van het OCMW met voorrang te verkopen aan natuurlijke personen die een sterke maatschappelijke en socioculturele binding hebben met de gemeente. Daar Sint-Pieters-Leeuw een Vlaamse gemeente is met het Nederlands als voertaal, is een dergelijk initiatief wenselijk om de sociale cohesie binnen de gemeente te versterken. Het kader is er bovendien op gericht mensen uit de gemeente die op zoek zijn naar een eerste woning, de kans te bieden om in de eigen gemeente te blijven wonen.
In dit algemeen kader wordt de verkoop van een onroerend goed gekoppeld aan een aantal algemene verkoopvoorwaarden, waaronder de vereiste van verwerving van een eerste eigendom, een basiskennis van de Nederlandse taal, een bewoningsplicht van vijf jaar, et cetera.
In het geval er zich meerdere kandidaat-kopers aandienen, zal het OCMW een aantal beoordeling- en toewijzingscriteria hanteren, waaraan een puntensysteem gekoppeld zal worden. De best scorende kandidaat zal het goed uiteindelijk kunnen verwerven aan een vooraf vastgestelde minimumprijs die bepaald zal worden door de raad voor maatschappelijk welzijn. De beoordelings- en toewijzingscriteria bestaan uit drie elementen, met name het hebben van (1) een sterke maatschappelijke binding met de gemeente, (2) een sterke socioculturele binding met de gemeente en (3) de prijs. Een kandidaat-koper die geboren en getogen is in de gemeente, in Leeuw onderwijs gevolgd heeft en deelneemt aan het Leeuwse verenigingsleven, zal een hogere score behalen dan een kandidaat-koper die noch een maatschappelijke noch een socioculturele binding met de gemeente kan aantonen. Deze criteria zorgen ervoor dat een kandidaat-koper die een sterke lokale binding heeft met de gemeente, voorrang kan krijgen op een andere kandidaat-koper die in mindere mate een band met de gemeente heeft.
Het algemeen kader zal geen afbreuk doen aan de vigerende wetten, decreten, besluiten en andere wettelijke bepalingen die gelden voor onroerende transacties door lokale besturen, maar zal fungeren als aanvulling op de reeds bestaande wet- en regelgeving dienaangaande.
Het algemeen kader houdende de verkoop van onroerende goederen van het OCMW met lokale binding, gevoegd als bijlage, wordt ter goedkeuring aan de raad voor maatschappelijk welzijn voorgelegd.
Het (nieuw) Burgerlijk Wetboek, Boek III (goederen);
Het decreet over het lokaal bestuur d.d. 22 december 2017 en alle latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten, art. 77, §2;
De omzendbrief KB/ABB 2019/3 d.d. 3 mei 2019 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende eredienst.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het algemeen kader houdende de verkoop van onroerende goederen van het OCMW met lokale binding en de daarin opgenomen algemene voorwaarden en toewijzings- en beoordelingscriteria, toegevoegd als bijlage, integraal goed.
Telkenmale het OCMW van Sint-Pieters-Leeuw het voornemen heeft om een onroerend goed te verkopen, zal de raad voor maatschappelijk welzijn een beslissing nemen over de volgende drie elementen:
Indien er slechts één kandidaat-koper is, is het vast bureau bevoegd om na te gaan of de kandidaat-koper aan alle algemene verkoopvoorwaarden voldoet. In bevestigend geval, zal het goed aan de enige kandidaat-koper worden verkocht.
Indien er meerdere kandidaat-kopers zijn, zal de toewijzing van het onroerend goed gebeuren op basis van drie beoordelings- en toewijzingscriteria: maatschappelijke binding met de gemeente, socioculturele binding met de gemeente en de prijs.
Het vast bureau wordt gelast om een onderzoek in te stellen naar elk van de kandidaat-kopers, waarbij de beoordelings- en toewijzingscriteria zullen toegepast worden op elke kandidaat-koper, of indien de kandidaat-koper een echtpaar of een feitelijk gezin vormt, op beide personen en hun kinderen.
De kandidaat-koper met de hoogste score, zal het goed kunnen verwerven.
Onderhavig algemeen kader zal in werking treden op de dag na de datum van goedkeuring door de raad voor maatschappelijk welzijn.
Uit een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd in samenwerking met het Vlaams Energiebedrijf (VEB) is gebleken dat het plaatsen van een PV installatie op het dak van WZC Zilverlinde één van de maatregelen is die de meeste energiewinst zal opleveren binnen het patrimonium van het lokaal bestuur.
In het kader van de opdracht “Levering, plaatsing, keuring en indienstelling zonnepanelen op WZC Zilverlinde” werd een bestek met nr. 2022-264 opgesteld door de Technische Dienst. Voor berekeningen werd advies ingewonnen bij Stir bvba, Oude Smidsestraat 27, 1700 Dilbeek.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 128.000,00 excl. btw of € 154.880,00 incl. 21 % btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
Het bestek met nr. 2022-264 en de raming voor de opdracht “Levering, plaatsing, keuring en indienststelling zonnepanelen op WZC Zilverlinde”, worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 128.000,00 excl. btw of € 154.880,00 incl. 21 % btw.
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De uitgave voor deze opdracht is te voorzien in het investeringsbudget van 2023.
Het krediet zal verhoogd worden bij de volgende budgetwijziging.
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen aan het college van burgemeester en schepenen/vast bureau over een onderwerp dat niet op de agenda staat.
Op deze mondelinge vragen wordt uiterlijk tijdens de volgende zitting geantwoord. Als het raadslid zijn of haar mondelinge vraag of vragen minstens vijf kalenderdagen voor de vergadering schriftelijk meedeelt, zal hierop ter zitting mondeling een antwoord worden gegeven.
De vragen worden behandeld op het einde van de openbare vergadering en worden opgenomen in de notulen. (art. 31 DLB / art. 31 volgens art. 74 DLB)
Mondelinge vragen mogen niet bedoeld zijn om de persoonlijke intenties van de leden van het college van burgemeester en schepenen te kennen, noch mogen ze verplichten tot het doorvoeren van kostelijke studies, opzoekingen, het opmaken van statistische gegevensbestanden of het houden van enquêtes.Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Huishoudelijk reglement van de gemeenteraad - raad voor maatschappelijk welzijn, laatst goedgekeurd door de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn van 19 mei 2022.
Er werden geen mondelinge vragen gesteld.