Artikel 54 van het decreet lokaal bestuur stelt:
Het college van burgemeester en schepenen neemt bij de aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement aan waarin het nadere regels vaststelt over zijn werking.
Het huishoudelijk reglement regelt minstens of het college van burgemeester en schepenen digitaal of hybride kan vergaderen en de wijze waarop. De Vlaamse Regering kan de minimale voorwaarden voor digitale en hybride vergaderingen bepalen.
Het voorliggend ontwerp van huishoudelijk reglement is gebaseerd op het huishoudelijk reglement zoals goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 4 februari 2019.
Het voorstel van wijzigingen betreffen
Het goedgekeurde huishoudelijk reglement van 4 februari 2019, het document met in kleur gemarkeerde wijzigingen, het voorstel van wijzigingen, alsook het advies van de financieel directeur en het diensthoofd ICT zijn opgeladen in dit punt.
Artikel 54 van het decreet over het lokaal bestuur.
Het college van burgemeester en schepenen keurt, conform artikel 54 van decreet lokaal bestuur, het huishoudelijk reglement college van burgemeester en schepenen goed mits het aanpassen van artikel 10 als volgt:
Artikel 10
§1. Aan de leden van het college van burgemeester en schepenen wordt gedurende de duur van hun mandaat, een laptop via bruikleen ter beschikking gesteld.
§2. Wat betreft de richtlijnen voor het gebruik van de laptop, is het ‘Reglement voor het gebruik mobiele telefonie/tablet/laptop’ (vastgesteld door de gemeenteraad van 23 oktober 2014 en latere wijzigingen) van toepassing.
§3. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen gedurende hun mandaat voor de aankoop van een mobiel telefoontoestel een financiële tegemoetkoming ontvangen zoals omschreven in het ‘Reglement voor het gebruik mobiele telefonie/tablet/laptop’ (vastgesteld door de gemeenteraad van 23 oktober 2014 en latere wijzigingen).
§4. Daarnaast kunnen de leden van het college van burgemeester en schepenen intekenen op een mobiel abonnement volgens de van toepassing zijnde voorschriften in de ‘Richtlijnennota mobiele telefonie’ van 4 december 2019 en latere wijzigingen.