Op de Meerweg in de bocht tussen nr. 106 en 108 wordt regelmatig geparkeerd op de rijbaan. Dit leidt echter conflicten bij kruisend verkeer. Er is onvoldoende zichtbaarheid op het aankomende verkeer, waardoor er wordt uitgeweken op het voetpad. Om dit voorkomen wordt er een voorgesteld om een parkeerverbod in te voeren tussen de parkeerstrook t.h.v. nr. 106 en de scheidingslijn tussen nr. 108 en nr. 110.
Deze maatregelen worden genomen om de veiligheid te garanderen en zullen geëvalueerd worden na 6 maanden.
Voor het nemen van maatregelen tot regeling van niet blijvende of periodieke toestanden moet het college van burgemeester en schepenen een tijdelijke politieverordening op het wegverkeer goedkeuren.
Artikel 159, artikel 162 en artikel 190 van de grondwet.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, en alle latere wijzigingen.
De wet van 18 maart 1968 betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 16 maart 1968.
Het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg.
Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 betreffende de minimum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
Stilstaan en parkeren - Meerweg - Gemeenteweg:
Op de Meerweg tussen de parkeerstrook t.h.v. nr. 106 en de scheidingslijn tussen nr. 108 en nr. 110 is het parkeren verboden; het begin van de parkeerreglementering wordt aangeduid; het einde van de parkeerreglementering wordt aangeduid.
Dit wordt aangeduid door verkeerstekens:
Verkeersbord E1
Verkeersbord GXa
Verkeersbord GXb
De verkeerstekens waarvan sprake in dit besluit zullen worden geplaatst conform het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de maximum afmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald.
Dit besluit is van kracht vanaf de plaatsing van de verkeerstekens.